Oppassen met intrekken verklaring geen privégebruik bij wisseling auto
Datum: 08-03-2011
Bij wisseling van auto in de loop van een kalenderjaar blijft het oppassen met de gevolgen daarvan voor de bijtelling. Overstap van géén bijtelling naar wel bijtelling en andersom is gedurende het jaar in principe niet mogelijk. Dat het stoppen met het bijhouden van een rittenregistratie tot een onverwachte fiscale naheffing kan leiden, ondervond ook een werknemer die onlangs bij Rechtbank Arnhem over de bijtelling heeft geprocedeerd.
Deze werknemer had van 1 januari 2009 tot en met 31 augustus 2009 een auto van de zaak met een catalogusprijs van € 51.989. Privé had hij een vergelijkbare auto. Met de auto van de zaak reed hij dan ook niet privé. Van alle ritten met deze auto heeft hij een sluitende administratie bijgehouden. Daaruit blijkt dat hij op jaarbasis niet meer dan 500 km privé met deze auto heeft gereden. Zelfs tijdsevenredig zat hij onder de grens van 8/12 x 500 kilometer. Deze werknemer beschikte over een zogenaamde ‘verklaring geen privégebruik’. Op basis daarvan heeft de werkgever de bijtelling in de maanden januari tot en met augustus weggelaten.
Per 1 september kreeg deze werknemer een nieuwe auto (catalogusprijs € 68.780). Hij besloot met die auto wèl privé te gaan rijden en liet de ‘verklaring geen privégebruik’ intrekken. Als zoiets in de loop van een jaar gebeurt, zal de fiscus zich afvragen wat de reden daarvan is. De werknemer ontving daarom ook een vragenbrief van de fiscus en na een reactie daarop vervolgens een naheffingsaanslag voor de bijtelling over de eerste 8 maanden van het jaar.
Volgens Rechtbank Arnhem is deze naheffing terecht opgelegd: “Vaststaat dat gedurende het gehele kalenderjaar 2009 door de werkgever een auto aan eiser ter beschikking is gesteld. Dat het hier twee verschillende auto’s betreft, maakt de situatie naar het oordeel van de rechtbank niet anders”. Er geldt bij de bijtelling weliswaar een tegenbewijsregeling, maar daarvoor moet men kunnen aantonen in het jaar niet meer dan 500 km privé te hebben gereden. Over het hele jaar bezien, kon deze werknemer dat niet. Hij reed vanaf september immers privé met de auto van de zaak. Rechtbank Arnhem daarover: “De omstandigheid dat eiser de auto gedurende een gedeelte van het jaar niet voor privédoeleinden heeft gebruikt - omdat hij toen over een ‘verklaring geen privégebruik’ beschikte - staat aan voormelde toepassing op kalenderjaarbasis niet in de weg”.
Deze uitspraak staat niet op zichzelf maar sluit aan bij eerdere uitspraken. De conclusie is dan ook dat het stopzetten van een rittenregistratie in de loop van een jaar goed overwogen moet worden en inderdaad kan leiden tot een bijtelling over het hele jaar.
Bron: http://www.autoenfiscus.nl/nieuws.html
Geplaatst op: 09-03-2011 08:25