Hoe gaat de Belastingdienst om met bestelwagens die qua aard en inrichting eigenlijk nauwelijks privé te gebruiken zijn? Lees in het volgende jurisprudentie artikel hier meer over.
Meld u aan om alles te zien!
Aanmelden is gratis en is in minder dan twee minuten geregeld.
U krijgt toegang tot interessante en bruikbare informatie over bijtelling, mobiliteitsbudgetten,
private lease en rekentools.
Ook ontvangt u onze nieuwsbrief, zodat u altijd op de hoogte blijft.
Om deze pagina te kunnen zien heeft u minimaal een
Gratis lidmaatschap nodig.
Klik hier om aan te melden!
Omschrijving case:
Een loodgietersbedrijf werkt met stagiairs. Zij krijgen van het loodgietersbedrijf voor hun werkzaamheden een Citroën Berlingo ter beschikking gesteld, waarmee tevens privé mag worden gereden. De Belastingdienst legt een aanslag op inzake de bijtelling. Het bedrijf geeft aan dat de auto's qua aard en inrichting niet geschikt zijn voor privégebruik.
Uitkomst:
Met betrekking tot de vraag of de aan de stagiairs ter beschikking gestelde auto’s, de genoemde Citroën Berlingo’s, door de aard en inrichting uitsluitend of nagenoeg uitsluitend geschikt zijn voor het vervoer van goederen, antwoordt de rechtbank als volgt:
Het gegeven dat in de bestuurderscabine van een bestelauto meer dan één stoel aanwezig is en in die cabine geen voorzieningen zijn aangebracht die zijn gericht op het vervoer van goederen, hoeft op zichzelf niet in de weg te staan dat de bestelauto door aard of inrichting uitsluitend of nagenoeg uitsluitend geschikt is voor vervoer van goederen (vgl. Hoge Raad, 13 juli 2012, nr. 11/05016, LJN BX0920, HR 29 mei 2009, nr. 43.602, BNB 2009/217, LJN BB3475 en HR 18 september 2009, nr. 08/00707, BNB 2009/282, LJN BJ7918).
Het bedrijf heeft echter met de verklaringen en met de ingebrachte foto’s van het interieur van de cabine van de Berlingo's niet doen blijken dat de bestelauto door vervuiling of anderszins niet of niet meer geschikt is om te worden gebruikt voor het vervoer van personen.
De vraag of aan het criterium "dat de bestelauto door aard of inrichting (nagenoeg) uitsluitend geschikt is voor vervoer van goederen" is voldaan, dient objectief te worden bepaald. Naar het oordeel van het hof hebben de Berlingo's niet (nagenoeg) uitsluitend een functie voor het vervoer van goederen. Weliswaar komt het voor - zoals belanghebbende ter zitting van het hof verklaarde - dat bij ritten naar klanten een medewerker van belanghebbende op de bijrijdersstoel meerijdt om bij de klant werkzaamheden te gaan verrichten, doch dat betekent geenszins dat dat nagenoeg uitsluitend gebeurt. Belanghebbende heeft met die verklaring ook niet doen blijken dat de bijrijder gewenst, laat staan noodzakelijk is voor het vervoer van "waardevolle gereedschappen en installatiemateriaal", die zich in de laadruimte van de Berlingo's bevinden.
Functioneel bezien dient het meerijden van de bijrijder derhalve niet te worden toegerekend aan het vervoer van de gereedschappen en het installatiemateriaal en is er naar het oordeel van de rechter geen sprake van een bestelauto die door aard of inrichting (nagenoeg) uitsluitend geschikt is voor vervoer van goederen. Ook hetgeen verder door belanghebbende naar voren is gebracht, waaronder de gevoeligheid voor inbraak als met de auto privé wordt gereden. leidt niet tot het oordeel dat de Berlingo's (nagenoeg) uitsluitend geschikt zijn voor het vervoer van goederen.
Bronvermelding:
Gerechtshof Amsterdam, 13 september 2012, LJN: BY2892