Lees in dit artikel hoe de bijtelling voor oldtimers en youngtimers werkt.
Meld u aan om alles te zien!
Aanmelden is gratis en is in minder dan twee minuten geregeld.
U krijgt toegang tot interessante en bruikbare informatie over bijtelling, mobiliteitsbudgetten,
private lease en rekentools.
Ook ontvangt u onze nieuwsbrief, zodat u altijd op de hoogte blijft.
Om deze pagina te kunnen zien heeft u minimaal een
Gratis lidmaatschap nodig.
De grondslag voor de bijtelling voor auto’s van de zaak die meer dan 15 jaar geleden voor het eerst in gebruik zijn genomen (oldtimers en youngtimers), is de waarde in het economische verkeer en dus niet de (oorspronkelijke) cataloguswaarde.
De waarde in het economische verkeer ("marktwaarde") kan worden bepaald aan de hand van de kostprijs en restauratiekosten, de verzekerde waarde en/of veilingprijzen. Het meest zuivere is om de waarde in het economisch verkeer te bepalen middels een taxatie van de auto. Voor een paar honderd euro heeft u daarmee de grondslag voor de bijtelling in een taxatierapport staan. Deze helpt u ook met de onderbouwing richting de fiscus.
Tot 1 januari 2010 werden daar de normale forfaitaire bijtellingspercentages op losgelaten. Sinds 1 januari 2010 geldt echter voor alle auto’s van de zaak die meer dan 15 jaar geleden voor het eerst in gebruik zijn genomen een bijtellingspercentage van 35% over de waarde in het economische verkeer. Dit houdt ook in dat elk jaar de bijtelling naar beneden bijgesteld kan worden als de auto minder waard wordt.